Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO)
De Wet op de Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) verandert in 2015 ingrijpend. Vanuit de AWBZ komt nog een aantal taken naar de gemeente en worden ondergebracht in de WMO.
Naast de individuele voorzieningen voor gehandicapten, inclusief de huishoudelijke hulp en de voormalige Welzijnswet, is nu de beurt aan begeleiding voor mensen met een beperking (lichamelijk, verstandelijk en GGZ) aan de beurt.
De enkelvoudige huishoudelijke hulp verdwijnt uit het pakket.
De WMO richt zich op 5 resultaten:
1. Het uitvoeren van de noodzakelijke algemene dagelijkse levensverrichtingen.
- Begeleiding;
- Verplaatsen in en om de woning;
- Normaal gebruik kunnen maken van de woning.
2. Het voeren van een gestructureerd huishouden.
- Begeleiding.
3. Het deelnemen aan het maatschappelijk verkeer.
- Dagbesteding;
- Kortdurend verblijf;
- Deelname aan maatschappelijke activiteiten;
- Vervoer.
4. Beschermd wonen.
5. Opvang.
Resultaten 4 en 5 worden afgestemd met de centrumgemeente. In ons geval is dat Haarlem.
Voor het aanvragen van WMO voorzieningen kunt u het meldingsformulier op de website van de gemeente Haarlemmermeer invullen. U heeft hiervoor een DigiD code nodig.
Als u niet in staat bent om een DigiD code aan te vragen en/of te hanteren en u heeft niemand in uw omgeving die u daarbij kan helpen, dan kunt u bellen met: 0900-1852
Voor ondersteuning kunt u ook terecht bij Stichting MeerWaarde en Stichting MEE .
De BGH is vanaf het begin (2005) actief in de WMO-raad en Wmo-klankbordgroep.
Deze adviseren de gemeente bij de beleidsontwikkeling t.a.v. de WMO.
Elke nieuwe ontwikkeling wordt van advies voorzien en de uitvoering van het beleid wordt kritisch gevolgd.
Elk signaal wordt doorgegeven aan de gemeente.
In 2015 zullen de Wmo-raad en Klankbordgroep worden samengevoegd met de Cliëntenraad WWB in een brede Participatieraad. Deze raad kent een beleids- en een praktijkvleugel. De Beleidsvleugel is verantwoordelijk voor de advisering. De Praktijkvleugel onderhoudt de contacten met de samenleving en voedt de beleidsvleugel met signalen.
In beide vleugels is de BGH vertegenwoordigd.
Eigen bijdrage (EB):
Voor alle WMO-voorzieningen, behalve voor rolstoelen, is een Eigen Bijdrage (EB) verschuldigd.
Ook kinderen tot 18 jaar zijn vrijgesteld van de EB.
De EB wordt geïnd door het CAK. Zij bepalen, aan de hand van belastinggegevens, de hoogte van de EB. De hoogte wordt dus bepaald door uw inkomen. Bij huishoudelijke hulp loopt de EB gewoon door, maar bij een voorziening wordt gedurende 39 maanden een EB geheven. Het totale bedrag is nooit hoger dan de prijs van de voorziening. De totaal verschuldigde EB komt nooit boven het maximum maandbedrag uit, dat u op grond van uw inkomen moet betalen.
Het CAK stuurt u een brief waarin staat wat het maximum bedrag is, op grond van de belastinggegevens van 2 jaar geleden. Dit zijn namelijk definitieve gegevens. Maar de uiteindelijk verschuldigde EB kan ook lager liggen, dit hangt af van de kostprijs van de voorziening.
Als u voor een voorziening eenmaal gedurende 3 jaar een EB hebt betaald, dan hoeft u dat niet opnieuw te doen, als de voorziening wordt vervangen. Krijgt u er aan andere voorziening bij, dan begint daarvoor de periode van 39 weken opnieuw.
Bij sommige zorgverzekeraars kan de eigen bijdrage gedeclareerd worden. Kijk hiervoor in uw polisvoorwaarden.
Voor mensen met een minimum inkomen heeft de gemeente een compensatieregeling. Zie hiervoor onze pagina over financiële regelingen.
Voor meer informatie over de lokale regelingen kunt u terecht bij de BGH op maandag-, dinsdag- en donderdagochtend tussen 09.30 en 12.00 uur op nummer 023-5698881
Of u stuurt een e-mail via het contactformulier op deze website.