Bij het Nationale Zorgnummer komen veel meldingen binnen van mensen die in de knel raken.
Met enige regelmaat laten we een melder aan het woord.
Vandaag Renske Luca. Zij voerde een eindeloos gevecht met de gemeente om de zorg voor haar dochter op peil te houden.
“Ze is anders.” Dat kreeg Renske Luca al vroeg te horen over haar dochter.
En inderdaad, haar dochter had al op de lagere school veel moeite met contact maken en het goed inschatten van situaties.
Renske Luca zocht hiervoor professionele ondersteuning toen haar dochter zeven was.
Dankzij een pgb kon haar dochter toen meedoen aan allerlei activiteiten.
Zoals koken en knutselen. “De buitenwereld vindt dit al snel onzin. Maar voor mijn dochter was dit echt heel belangrijk.
Ze was een buitenbeentje. Ze had geen vriendinnen en ze voelde zich vaak eenzaam. Hier ontmoette ze leeftijdgenootjes.
En hier leerde ze bijvoorbeeld ook haar mening te geven. Later ging ze ook mee met weekendjes, waarvan ze erg genoot en veel leerde.”
Evenwicht verstoord.
Haar dochter is inmiddels 20 . Ze heeft na een schoolloopbaan die met de nodige horten en stoten verliep, toch maar mooi een MBO 4-diploma in de bedrijfsadministratie gehaald.
Maar het wankele evenwicht in het leven van haar dochter, werd dit jaar wreed verstoord.
De gemeente werd begin 2015 verantwoordelijk voor de begeleiding van haar dochter.
In dat jaar was het overgangsrecht nog van kracht.
Dit jaar leverde dat maanden wachten en onzekerheid op.
En toen de indicatie eindelijk loskwam, bleek dat de individuele begeleiding sterk was teruggeschroefd.
Voor Renske totaal onbegrijpelijk omdat de geraadpleegde arts juist had aangegeven dat deze begeleiding heel belangrijk voor haar dochter was.
Vervolgens kwam ook nog het besluit dat dagbesteding niet meer via pgb zou worden verstrekt.
“We kregen botweg te horen dat de nieuwe zorgverlener binnen tien dagen contact met ons zou opnemen.
Zonder toestemming waren onze gegevens al aan deze zorgverlener verstrekt.
En de oude vertrouwde zorgverlener – waar mijn dochter al jaren activiteiten volgde – moesten we gedag zeggen.”
Kluitje in het riet.
Renske vroeg op allerlei manieren om opheldering.
Maar werd voortdurend met een kluitje in het riet gestuurd.
Ze stuitte op een enorm gebrek aan professionaliteit en gebrek aan inlevingsvermogen, zegt ze.
Op een gegeven moment was ze er helemaal klaar mee.
Ze ging in bezwaar, voerde een gesprek met de wethouder en vroeg een voorlopige voorziening bij de rechtbank aan.
Uiteindelijk was er geen uitspraak van de rechter nodig.
Want één dag voor de rechtszaak stelde de bezwaarcommissie van de gemeente haar in het gelijk.
“Dat was natuurlijk heel fijn. Alleen vond ik het wel jammer dat er geen ruimte was voor onze emoties over alles wat er gebeurd was.”
Ook wat de dagbesteding betreft kwam de gemeente op haar schreden terug.
Renske en haar dochter kregen nu wel de keuze uit meerdere aanbieders.
Maar toen Renske voet bij stuk hield, dat ze dit via een pgb wilde regelen, kwam er toch nog een flinke adder uit het gras.
De hoogte van pgb bleek slechts toereikend om één dagdeel dagbesteding in te kopen.
Als ze voor zorg en natura hadden gekozen, hadden ze de beoogde twee dagdelen dagbesteding gehad. Haar conclusie: je moet er toch steeds bovenop blijven zitten.
Aan het werk.
Terugkijkend zegt Renske. “Het doel van de gemeente was mijns inziens om de zorg terug te schroeven.
Wil je dan toch de juiste zorg krijgen, dan moet je keihard aan de boom schudden.
Lang niet iedereen wil of kan dat. Veel mensen accepteren dan maar het besluit van de gemeente.
Als mijn dochter er alleen voor had gestaan, had ze dat ook gedaan.”
Toch eindigt dit verhaal met een vrolijke noot.
Omdat Renske toch voortdurend contact had met de gemeente, bracht ze onlangs ook maar het probleem ter sprake dat haar dochter niet aan werk kon komen.
Kon de gemeente met de Participatiewet in de hand niet helpen?
Binnen een paar dagen werden ze teruggebeld en inmiddels heeft haar dochter een baan in Amsterdam.
De gemeente heeft haar supersnel geholpen. Daar heb ik ze dan ook heel hartelijk voor bedankt!”
Ondervindt u ook problemen bij het regelen van zorg of ondersteuning, meld het bij het Nationale Zorgnummer: Nationale Zorgnummer.
BRON : Ieder(in)